
Mijn vader was een bereisd man.
Marjan, Johan en ik, als kinderen stonden wij altijd enthousiast thuis te wachten op zijn terugkomst na weer een zakenreis, omdat hij altijd van alles meebracht.
Er zijn weinig landen waar hij niet op zijn minst één keer is geweest.
Ik weet dat omdat wij er nog altijd thuis de bewijzen voor hebben: naast een verzameling van zoiets normaals als postzegels, bezit onze familie thans collecties van suikerzakjes, luciferdoosjes, bierviltjes, cocktail roerders, theelepeltjes, borrelglaasjes, bierpullen, hotelzeepjes, asbakken, wijn etiketten, KLM huisjes en het glaswerk van diverse luchtvaartmaatschappijen.
Nadat mijn vader 3 complete straten van de beroemde KLM huisjes had weten te verzamelen, ging hij bewust andere vliegtuigmaatschappijen gebruiken vanwege hun glaswerk. Hij vloog graag met Finnair vanwege de bijzonder kunstzinnige borrelglaasjes en hij kocht kolenmijnen op in Australia om met Quantas en Aziatische vliegmaatschappijen te kunnen vliegen.
En na zijn pensionering, toen hij niet meer hoefde te reizen, heeft hij zijn verzamelwoede verlegd naar nieuwe interesses waarbij een speciale vermelding moet worden gemaakt voor de collectie recepten. Waar andere mensen genoegen nemen met het verzamelen van recepten uit een bepaald land of met bepaalde ingredienten, ging mijn vaders´ambitie verder: alles wat eetbaar was en in welke vorm dan ook enigzins bereid moest worden had zijn belangstelling: het heeft ons 137 plakboeken met naar schatting 45,000 recepten opgeleverd.
Zijn kleinkinderen kunnen voor de rest van hun levens iedere dag twee verschillende maaltijden nuttigen, zonder ook maar 1 keer hetzelfde gerecht te hoeven eten.
En dat voor een man, die nog de grootste moeite had met het koken van een ei.
Ondanks al dat reizen, was mijn vader desondanks toch het liefste thuis.
Liever rode kool met een gehaktbal dan Chateaubriands of Coquilles St. Jacques.
Liever thuis in Driehuis of later in Bennekom, dan in de Waldorf Astoria in New York of de Shangri-la van Shanghai.
En ondanks alle interessante en belangrijke mensen die hij heeft leren kennen, waren zijn vrouw, zijn kinderen, onze vrienden en later, zijn kleinkinderen hem natuurlijk veel liever als gezelschap.
En het is daar, thuis, aan tafel tijdens de maaltijd met het hele gezin, dat ik de beste herinneringen aan mijn vader als vader heb. Hij wist veel, heel veel en wilde die kennis ook altijd overbrengen op ons, de kinderen.
Het gedicht van Jacob van Maerlant, dat U op de rouwkaart kon lezen is daar een voorbeeld van. Marjan, Johan en ik konden dit gedicht al vroeg uit ons hoofd opzeggen na vele maaltijden achtereen mijn vader dit hebben horen citeren.
En daarnaast waren er zijn truukjes, zijn stokpaardjes en andere bijzondere eigenschappen die ons, de kinderen, onze vrienden en nu ook onze kinderen altijd zullen bijblijven.
Bijna iedereen hier weet dat mijn vader zijn duim van zijn hand kon lostrekken en er weer aan kon zetten. Datzelfde deed hij met een ieders’ neus. Of een zogenaamde vlek op je shirt. En als je aan zijn vinger trok, dan gebeurde er ook iets opmerkelijks.
Zijn stokpaardjes betroffen de tweede wereldoorlog, Duitsers, langharigen en moslims. Het moet een hele schok voor hem zijn geweest, toen een verre neef uit Groningen de roots van zijn moeders’ familie stamboom wist te traceren in Duitsland. Aan de andere kant was mijn vader een trouwe aanhanger van het koningshuis en kan hij dus oprecht zingen van Duitse bloed te zijn.
En ook de koning van Hispanje heeft hij vereerd door ruim 20 jaar te resideren in het zonnige zuiden.
Van zijn kenmerkende eigenschappen springen er twee het meest uit: zijn onzelfzuchtigheid en zijn humor.
Mijn vader heb ik eigenlijk nooit kunnen betrappen op enige uitspatting voor zichzelf. Hij heeft zijn levenlang in een Ford gereden, kleedde zich nooit in specifieke of dure merkkleding en heeft jaren gedaan met een horloge, die hij voor 10 dollar ooit een keer in Amerika had gekocht.
En dat mocht ook iedereen weten.
En toch was hij absoluut niet zuinig. Toen mijn ouders vorig jaar vertrokken uit Spanje, om weer terug te keren naar Nederland, hingen de vlaggen halfstok bij de restaurants in Platja d’Aro en ging het bekendste restaurant de Mont Bar meteen definitief dicht. Want mijn vader tipte als geen ander.
En dan zijn humor. Hij had niet alleen humor, hij had met name het zeldzame vermogen om om zichzelf te kunnen lachen. Ik ken niemand, ben nooit iemand tegen gekomen en zal waarschijnlijk nooit meer iemand leren kennen die zo oprecht en smakelijk om zichzelf kon lachen als hij. Niemand kon hem belachelijk maken, want hij was zelf de eerste die om zichzelf moest lachen.
Hij heeft gedurende de 10 jaar dat wij in Bennekom hebben gewoond, iedere avond dat hij thuis at, zijn hoofd gestoten aan de lamp die boven die tafel hing. En met een vloek zei hij dan altijd: “wie hangt daar nou ook een lamp op” om vervolgens er ook weer om te lachen.
Mijn vader zei vaak dat hij 157 jaar zou worden. Hij had de gave om op onnavolgbare wijze zijn beweringen te kunnen bewijzen en ik had graag van hem gehoord waarom hij nu al heen is gegaan. Ik weet zeker dat hij een goede uitleg heeft en dat hij ons ook had weten te overtuigen dat hij wel degelijk de 157 jaren heeft gehaald.
Ik vermoed dat het iets te maken heeft met het feit dat hij jarenlang heeft volgehouden, dat als hij jarig was, op 9 juni, dat hij ieder jaar weer opnieuw 29 jaar werd. Hij is zo jarenlang 29 jaar oud geweest en gebleven.
Zijn laatste dagen zijn niet zijn beste dagen geweest en dat maakt het des te moeilijker om zijn verlies te verwerken.
Ik troost mijzelf met hetgeen mijn vader zelf heeft gezegd over zijn mishandeling.
Zoals U allen weet, had mijn vader Alzheimer en was hij gelukkig snel vergeten wat hem overkomen was en het leek hem in ieder geval ook geen pijn te doen. Maar hij vroeg wel waarom hij verband om zijn handen had. Nadat mijn schoonzusje diverse keren had geprobeerd uit te leggen wat hem overkomen was, leek er iets tot hem door te dringen. Hij antwoordde tenslotte:
“Het is maar goed dat ik daar niet bij was, want dan zou ik die kerel meteen neergeslagen hebben.”
Mijn vader heeft de wereld gezien, hij heeft ervan genoten en hij kan verder gaan met de wetenschap dat de wereld beter is geworden door zijn aanwezigheid hier.
Mijn vader is weer op reis gegaan, en helaas voor ons, komt hij dit maal niet meer terug. Helaas, want ik had graag nog een bierviltje uit de hemel, of een borrelglaasje van God aan de collecties toegevoegd.
Ik ben zelf niet zo’n verzamelaar als mijn vader. Daar staat tegenover dat ik onlangs wel een nieuwe verzameling ben begonnen: een verzameling van al mijn goede herinneringen aan hem, mijn vader.
Pap, bedankt voor alles.